Leerlingen op het Trajectum College in Overvecht krijgen vanaf komend schooljaar meer individuele aandacht. De nieuwe directeur Maurits Depla zet de docenten dichter op de vmbo-scholieren.
AD Utrecht, Peter Koop 13-07-18
Wie denkt dat er als zijinstromer in het onderwijs alleen plek is voor de klas, moet eens een kijkje nemen op het Trajectum College. De vmbo-school aan de Vader Rijndreef in Overvecht heeft sinds kort een organisatieadviseur als directeur. De 59-jarige Maurits Depla heeft geen ervaring met lesgeven. „Maar wel met mensen”, zegt hij. „En of je nu leiding geeft aan een sociale dienst, wat ik eerder heb gedaan, of aan team docenten, het komt in de kern op hetzelfde neer. Je moet een groep professionals motiveren en ze zo optimaal mogelijk laten presteren. Met als doel dat een leerling met plezier naar school gaat en zo goed mogelijk wordt uitgedaagd.”
Wind mee
Er zijn slechtere momenten geweest om als directeur te beginnen op een vmbo-school. Depla heeft de wind mee. De maatschappij lijkt het vmbo steeds meer te waarderen, het imago zit in de lift. Iedereen is ervan doordrongen dat praktijkonderwijs broodnodig is. Wie de leerlingen nu nog als lager opgeleid afschildert, wordt met pek en veren afgevoerd. Daarnaast lijkt een directeur van het Trajectum, met 550 leerlingen de belangrijkste middelbare school in Overvecht, het sowieso niet al te lastig te hebben. De leerlingen komen tóch wel. Zeker nu de school zich de laatste jaren heeft ontworsteld aan het predicaat ‘zwakke school’.
„Ben je gek”, reageert Depla resoluut. „Het laatste dat we hier doen is achteroverleunen. Dat kunnen we ons écht niet veroorloven. Niet alleen omdat het op termijn tegen je gaat keren, maar vooral niet voor onze leerlingen. Onze missie is om het beste onderwijs te geven. Dat kan alleen door je te blijven vernieuwen.”
Meer individuele aandacht
En dat is dan ook precies wat Depla voor ogen heeft. „Niet in een grote schok, maar stapje voor stapje. Zo gaan we het op school anders organiseren. De docenten gaan vanaf komend schooljaar in kleinere groepjes samenwerken, in plaats van met z’n allen. Daardoor komt er meer aandacht voor de individuele leerling.”
Is dat dan nodig? „Het kan altijd beter. Zo waren de eindexamenresultaten van dit jaar niet top. Nog steeds ruim voldoende hoor, maar we willen streven naar een zo hoog mogelijke score. Daarvoor moet je scherp blijven en kijken wat er anders kan. De leerling meer centraal stellen, is één van die dingen.”
Het juiste knopje
Is de praktijk op een vmbo-school niet veel weerbarstiger? „Ik zou niet weten waarom”, zegt Depla. „Het gaat om het vinden van het juiste knopje bij de leerling. En ja, dat werkt hier misschien anders dan op het stedelijk gymnasium. Onze leerlingen, met veelal een andere culturele achtergrond, moet je het gevoel geven dat ze ertoe doen. Dat kan niet op de klassieke wijze. Gelukkig werkt hier een team docenten dat erg goed is in didactische en pedagogische vaardigheden. Dan is de volgende stap ook makkelijker te maken.”
Een grote onderwijsrevolutie staat er voorlopig niet te wachten. „We kijken natuurlijk met veel belangstelling naar de scholen om ons heen, maar we gaan niets overhaasts doen. Dat is ook niet nodig. Uiteindelijk draait het ook bij ons maar om één ding: goed onderwijs. De rest is eigenlijk bijzaak.”